Het ongelooflijk snel herstel van de beursindexen in de VS loopt zeer voorbarig vooruit op de echte moeizame relance van de economie.
SITUATIE : Na een “super-oktober-rally” veroorzaakte de Covid19-viruspandemie een dramatische crash van 33% in amper 5 weken. Het herstel van de SP500 (zie grafiek hieronder) ving aan via een hoopgevende “dubbele bodem” die de index in 3 weken al 27% hoger bracht. Van 9 april tot half mei evolueerde de SP500 dan in een horizontaal kanaal tussen de 50- en 62-Fibonacci-retracement, juist onder de M200. Eind mei steeg het vertrouwen in een mogelijke herneming van de economische activiteit bij de investeerders duidelijk. De beleggers, gesteund door de grote hedge-funds, gingen massaal aandelen kopen en dreven de beursindexen al snel opnieuw tot hun niveaus van vóór de Coronacrisis.
In het proces van dit ongezien snel beursherstel op Wall Street zijn de interventies van het “Plunge Protection Team” – het Amerikaanse instituut dat beurscrashes moet voorkomen als de redder in nood – zeker niet te onderschatten. Op die manier hebben de groot-aandeelhouders van de dominante wereldbedrijven (FANG’s) hun verloren kapitaal op een drafje terug al gerecupereerd, terwijl in werkelijkheid de volledige economie nog ligt te zieltogen en de torenhoge werkloosheid de gewone man naar de armoede dreigt te drijven.
Het is belangrijk om in te zien dat Wall Street, een kapitaaltheater met cijfers en indexen een totaal andere wereld is dan de harde werkelijkheid van de dagelijkse economie met bedrijven die nog nu proberen recht te krabbelen, miljoenen mensen die wanhopig naar werk zoeken en overheden die met kraterdiepe budgettekorten opgezadeld zitten . Dit blijkt nu nogmaals in het verschil van snelheid waarmee de relance in beide domeinen wordt ervaren.
Dat onderscheid zal ook blijven in de komende maanden en jaren die nodig zijn om de reële economie terug tot welvaart te brengen.
Wat zijn nu de belangrijkste “drivers” opwaarts en neerwaarts? De bespreking in de uitgave van de VCIB-SIGNAAL op 24 april blijft gelden.
Het gevaar, ontstaan door de diepe olie-crisis lijkt weg te ebben :
Door de aanhoudende overproductie – omdat er geen akkoord kwam tussen de OPEC, Rusland en de VS – was de olieprijs uiteindelijk volledig ineen gestort. Door de Corona-crisis was het olie-verbruik met 33% gezakt wereldwijd, terwijl de productie met amper 10% werd teruggeschroefd. Dit veroorzaakte formidabele olie-stocks waardoor zelfs tijdelijk een negatieve prijs gold.
Dit probleem lost zich nu langzaam op dank zij de hoop dat de relance van de economie snel op gang zal komen. De prijzen zijn ondertussen al tot een behoorlijk niveau – bijna 40$ per vat – gestegen, alhoewel dit voor vele bedrijven uit de olie- en gassector nog niet leefbaar is. De verliezen en faillissementen in de olie- en gassector zullen zeker een blok aan het been zijn van Wall Street.
De VS-LT-rente zakte sedert eind januari uit het horizontaal kanaal tussen 1.70% en 1.95%, en viel eind februari van 1.50% (vorige all-time-bodem) naar 0.50% (nieuwe all-time bodem).
Door de sterke hoop op economische relance zijn de investeerders eind mei uit de obligaties beginnen stappen om zich al vroeg te wagen op de meer risico-dragende aandelenbeurs, in de hoop om snel meer rendement te behalen van hun kapitaal. Door de nogal massale verkoop van obligaties is de rente logischerwijze in de laatste dagen ook al plots opgeschoten van 0.5% naar 1.0%. De kans is groot dat de rente langzaam terugkeert naar een niveau van 1.5%.
GOUD: de GOUDPRIJS is op 18 feb voor het eerst echt doorheen de psychologische grens van 1600-lijn geknald, doorbrak op 9 april ook de 1700-weerstand en haalde op ma 18 mei al 1770$.
Van alle beurswaarden zoals aandelen en grondstoffen – met uitzondering van de obligaties – heeft goud doorheen de corona-crisis als uitzondering onbeschadigd de huidige storm overleefd.
De andere grote verandering is de vaststelling dat het goud nu terug – zoals vroeger – echt als “toevlucht” reageert en niet meer als “grondstof”.
De 4 “drivers” die het goudprijs bepalen zijn :
- Het vlucht-effect naar of uit het goud : toen de beurs crashte, zochten velen in paniek naar liquide middelen en verkochten een deel van hun (vooral waarde-papieren-) goud. Daarna werd met het geld van de verkochte aandelen naar goudwaarden gevlucht om zekerheid te bekomen, waardoor het goud flink steeg tot 1750$/ounce. Eénmaal nu de echte beursangst voorbij is en de aandelen stijgen, zetten velen hun goudpapier weer om in aandelen, waardoor nu het goud daalt in prijs.
- De rente : als de opbrengsten van obligaties overal negatief zijn, rekening houdende met de inflatie, stijgt de goudprijs. Wanneer die rente terug iets gaat stijgen – zoals de laatste week – dan daalt het gele metaal in waarde.
- Het vertrouwen in de “digitale valuta” zakt weg, bij het zien van de steeds maar stijgende schuldenberg bij de overheden. Zelfs centrale banken kopen goud op. Als de dollar nu zou beginnen met veel waarde te verliezen, knalt het goud zeker naar ongeziene hoogtes. Momenteel dipt de dollar-index een beetje, maar nog zonder stijginvloed op het goud.
- Vraag en aanbod van het massieve metaal : heel wat goud- en zilvermijnen hebben hun productie zien slinken door de corona-maatregelen. Langzaam herneemt nu de exploitatie en wordt het aanbod terug groter. Dit haalt de opgelopen prijs terug iets neerwaarts.